Porsche
historie 1931 - 1990
Door: Marc Vorgers/
ClassicarImages
Op
25 april 1931 richtte Professor Ferdinand Porsche zijn voertuigtechnisch
ingenieursbureau op. Het buro heette voluit: |
![]() |
Ferdinand Porsches grote droom was het ooit sportwagens onder eigen naam te gaan bouwen. In 1936 startte hij met project 60K10, een rensportwagen om mee te gaan deelnemen aan de Berlijn-Rome wegrace. De 60K10 was gebaseerd op techniek van de "KDF-Wagen" waarvan men het chassis, de motor en de verdere techniek gebruikte. In 1939 was de 60K10 gereed; een prachtige zeer gestroomlijnde rensportwagen met een druppelvormige aluminium body. Helaas gooide de tweede wereldoorlog roet in het eten en werden alle werkzaamheden van Porsche te Stuttgart stilgelegd en verhuisde men de lopende werkzaamheden naar een oude houtzagerij in het Oostenrijkse Gmünd. |
![]() |
Na de tweede
wereldoorlog was er van de Duitse industrie niet veel over, alles moest
opnieuw opgebouwd worden. De Porsche fabriek te Stuttgart was ingenomen
door de geallieerden, de fabriek moest tuingereedschappen maken en
landbouw werktuigen herstellen. In de houtzagerij te Gmünd begonnen
zoon Ferry Porsche en Prof. Eberan van Eberhorst in 1947 aan
project 356. Ferdinand Porsche zat op dat ogenblik nog onterecht in een
Franse gevangenis onder verdenking van oorlogsmisdaden dus hij werkte
niet mee aan de opstart van project 356. In augustus 1947 kwam Ferdinand
vrij en in maart 1948 was het eerste Porsche 356 prototype klaar; de
356-001. De Porsche 356-001 was gebouwd rond een buizenchassis met een aluminium body en wederom Volkswagen techniek. De 356-001 was echter voorzien van een middenmotor geplaatst voor de achteras. |
![]() |
De 356 werd na
prototype 001 aangepast voor productie. Hierbij verhuisde de motor naar
een plek achter de achteras om meer functionele ruimte in de auto te
scheppen. De definitieve Porsche 356 werd vormgegeven door Erwin Komenda.
Tot 1948 werden er ca. 50 Porsche 356 met aluminium koetswerk
gefabriceerd, deze auto's genieten nu bekendheid onder de naam "Gmünd-modellen". In 1948 verhuisde Porsche naar Stuttgart. De houtzagerij in Gmünd werd te klein. Men huurde naast de oude Porsche fabriek een ruimte en tevens extra ruimte bij het carrosseriebedrijf Reutter. De firma Reutter vervaardigde de 356 coupé koetswerken en de firma Gläser de 356 cabriolet body's. Alle carrosserieën werden nu van staal vervaardigd. In het voorjaar van 1949 verscheen de Porsche 356 voor het eerst op een auto tentoonstelling; de salon van Genève. De Porsche 356 zou een lange evolutie kennen. De 356 werd tussen 1948 en 1965 gebouwd in de volgende type stadia: Gmünd
modellen 1948 - 1951, de pre-A modellen 1950 - 1955, de 356 A 1955 -
1959, de 356 B 1959 - 1963, de 356 C 1963 - 1965. |
![]() |
In september
1963 werd de 356 opvolger voorgesteld op de Autosalon van Frankfurt; de
901 (later 911). In oktober 1964 werd de typebenaming 901 veranderd in 911 omdat de Franse automobielfabrikant Peugeot de rechten bezat op drie cijferige benamingen met de "nul" in het midden. Zoals vaak gebeurde met de introductie van een nieuw model, door een befaamd automerk, werd de 901 door de bestaande klantenkring niet direct met enthousiasme ontvangen. De 356 cliëntèle vond de 901 niet bij het imago van Porsche passen. Volgens hen was de auto te groot, te krachtig en te luxe... |
![]() |
Porsche had
echter een tijdloos automodel ontworpen en vormgegeven; wat zij toen
niet wisten was dat het 901/ 911 ontwerp zo tijdloos was, dat na jaren
van evolutie, de eerste echt ingrijpende wijzigingen pas werden
doorgevoerd bij het ontwikkelen van de 911/ 993 die in 1993 op de markt
kwam. De Porsche 911 werd geconstrueerd met een zelfdragende stalen carrosserie waarbij de motor achterin werd geplaatst. De zescilinder motor was van het bokser type en luchtgekoeld. De wielophanging van de Porsche 911 was vanaf het begin onafhankelijk en de auto was vanaf het begin voorzien van een vijf versnellingsbak met vloerschakeling. De
luchtgekoelde Porsche 911 met zescilinder boksermotor zou een zeer lange evolutie kennen. De
911 wordt nog altijd gebouwd zij het dat sinds 1998, bij het verschijnen
van het 996 model, de motoren van waterkoeling werden voorzien. De 2-liter 911 1963 - 1969, de 2.2-liter 911 1970 - 1971, de 2.4-liter 911 1972 - 1973, de 2.7-liter 911 1974 - 1977, de 911 Turbo 1975 - 1993, de 911 SC 1978 - 1983, de 911 Carrera 3.2 1984 - 1989, de 911/964 Carrera 4 en 2 1989 - 1993, de 911/993 Carrera 1993 - 1998, de 911/996 Carrera (watergekoeld) 1997 - 2004, de 911/997 Carrera 2004 tot heden. Naast de
Porsche 356 en de daaruit voortgekomen Porsche 911 heeft Porsche in de
loop der jaren vele succesvolle racewagens gebouwd waaronder de 718 RSK
Spyder uit 1958. |
![]() |
Ook ontwierp en bouwde Porsche sportwagens voor weggebruik met middenmotor of met de motor voorin geplaatst. In 1969 verscheen de in samenwerking met VW gebouwde VW-Porsche 914 met midscheeps geplaatste viercilinder Volkswagen motor. Ook verscheen er een in gelimiteerde oplage gebouwde variant met Porsche 2 liter zescilinder boksermotor; de Porsche 914-6. De VW-Porsche 914 werd een verkoophit, meer dan 100.000 exemplaren werden verkocht... |
![]() |
In 1975
verscheen, wederom in samenwerking met VW, de Porsche 924. De auto was
vormgegeven door de Nederlander Harm Lagaay die sindsdien het gezicht
van nagenoeg alle Porsches bepaalde. De 924 zag er vlot gelijnd uit en
was voorzien van een twee liter Audi viercilinder motor. Wederom was de
samenwerking met VW vruchtbaar, ruim 110.000 exemplaren werden verkocht
tot 1985. In 1977 vindt er een kleine huisrevolutie plaats bij Porsche met het verschijnen van de zeer futuristisch vormgegeven Porsche 928... De 928 was voorzien van een voorin geplaatste 4.5 liter V8 motor ontworpen door Porsche. De 928 was en echte GT, een sportwagen voor lange afstanden, comfortabel met een perfect onderstel en prestaties van topniveau. De 928 werd in 1978 uitgeroepen tot "Auto van het jaar" wat een uitzondering was daar het een peperdure auto uit het topklasse segment betrof. De Porsche 928 trok echter een geheel andere klantengroep en bleef exclusief omdat er net geen 18.000 exemplaren werden verkocht totdat de 928 in 1982 uit de productie werd genomen. |
![]() |
De beginjaren
tachtig van de vorige eeuw waren voor Porsche een hoogtepunt. Men had
drie aparte productielijnen voor de 911, 928 en de 924. Tegelijkertijd
werden in de Groep C racerij grote successen geboekt. In 1983 werd zelfs
de overwinning tijdens de 24 uren van Le Mans behaald. In deze periode raakte Porsche intern in een bestuurs crisis, men was teveel gefocust op korte termijn winst en technische ontwikkelingen stonden op een laag pitje. Met de komst van Peter Schutz in 1982 kwam de kentering ten goede, technische innovatie en lange termijn denken werden weer gemeengoed bij Porsche. Het prestigeproject 959 werd opgestart om het technisch kunnen van Porsche te materialiseren in een Super-Porsche die alle sportauto's die ooit gemaakt waren moest overtreffen; dat lukte. De Porsches 924 en de 928 werden uit productie genomen en door project 959 was de verdere ontwikkeling van de 911 achterop geraakt. Met de verschijning van de Porsche 911 Carrera 3.2 in 1984 zat Porsche weer helemaal op het goede spoor en zag dat beloond met Porsche 911 topverkopen in 1985. Twee jaren
later werd de Porsche 911 door de klandizie plotseling beschouwd als een
achterhaald ontwerp en de verkopen liepen scherp terug. Klik
hier voor een Porsche model overzicht in de
ClassicarImages archieven. |
Lees meer in de
meest complete Porsche archieven ter wereld www.flat-6.net |
|